Al zeventig jaar zzp’ers in het bedrijfstakpensioenfonds

‘Eigenlijk is het bizar dat vrijwel alleen in onze sector een verplichting is voor zzp’ers om deel te nemen aan de pensioenregeling’, vindt Marlies van Loon, die namens zzp’ers bestuurslid is van Bpf Schilders, het bedrijfstakpensioenfonds voor het schilders-, afwerkings- en glaszetbedrijf. ‘Wat mij betreft bouwen alle werkenden verplicht pensioen op.’

Bij uw pensioenfonds is iedereen uit de bedrijfstak automatisch aangesloten, ook werkgevers en zzp’ers. Hoe kreeg u dat voor elkaar? ‘Ik weet niet beter of het is al zo sinds de oprichting van het pensioenfonds. Dat was in 1951, dus al meer dan 70 jaar geleden. Ik weet uit de overlevering dat de sociale partners gezamenlijk bepaald hebben dat alle beroepsgenoten onder de werkingssfeer van de verplichtstelling vallen. Het idee was: als je eenmaal schilder bent, blijf je dat altijd. Daarnaast vonden ze het ongewenst om concurrentie te hebben op arbeidsvoorwaarden. Destijds waren de zelfstandigen in de minderheid. De grootste groep deelnemers werkte in loondienst. Tegenwoordig beginnen steeds meer mensen voor zichzelf. Het aandeel werknemers ten opzichte van zzp’ers is daardoor al bijna gelijk.’

‘Als pensioenopbouw niet verplicht is, doen de meeste zzp’ers het niet.’

Wordt de verplichtstelling automatisch verlengd? ‘We moeten iedere vijf jaar een toets doen om de verplichtstelling te behouden. Het wordt steeds lastiger om te voldoen aan deze representativiteitstoets. De wet eist dat minimaal 55% van de beroepsgenoten achter de verplichtstelling staat. Andere bedrijfstakpensioenfondsen kijken bij de representativiteitstoets naar de werkgevers die lid zijn van werkgeversorganisaties en het aantal werknemers dat bij hen in dienst is. Dat aantal werknemers deel je door het totale aantal werknemers in een sector. De wet is er niet op ingericht dat zzp’ers en werkgevers ook deelnemen aan een bedrijfstakpensioenfonds. Hoe kunnen we de zzp’ers op een goede manier meetellen? Daarover overleggen we dan met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. We moeten berekeningen laten zien en accountantsverklaringen overleggen. We hebben het afgelopen jaar weer de toets behaald en de verplichtstelling behouden voor vijf jaar.’ Hebben zelfstandigen geen moeite met de verplichtstelling? ‘Sommigen wel. Telkens als de verplichtstelling geregeld moet worden, is er ruis. Hierover zijn inmiddels verschillende rechtszaken gevoerd, maar tot nu toe is de verplichtstelling overeind gebleven. Ook in hoger beroep. Het is jammer en vervelend dat het zo gaat. Zelf spreek ik geregeld zzp’ers. Laatst nog iemand die bij mij thuis schilderde. Hij zei dat hij de verplichtstelling prima vond, omdat hij nu vanzelf pensioen opbouwt. Als hij het zelf zou moeten regelen, zou hij niets doen, vertelde hij.’

‘Een pensioenplicht is natuurlijk vrij paternalistisch, maar ik geloof daar heel erg in’

Zouden zzp’ers ook in andere sectoren verplicht pensioen moeten opbouwen? ‘Het is bizar dat vrijwel alleen zzp’ers in onze sector een verplichting hebben. Ik ben er voorstander van dat alle werkenden verplicht pensioen opbouwen, collectief, in een pensioenfonds. Als het niet verplicht is, doen de meeste mensen het namelijk niet. Van de initiatieven voor vrijwillig zzp-pensioen in de derde pijler wordt weinig gebruikgemaakt. Het komt gewoon niet van de grond. Het voordeel van een plicht is dat je je er niet in hoeft te verdiepen. Want daar hebben mensen vaak geen zin in, jongeren al helemaal niet. Een pensioenplicht is natuurlijk vrij paternalistisch, maar ik geloof daar heel erg in. Je hebt een inkomen na pensionering en er is een dekking voor partners en kinderen. Daarmee voorkom je veel problemen.’ Hebben zzp’ers anderen wensen en belangen dan de andere deelnemers in uw fonds? ‘Zzp’ers willen meer keuzevrijheid. Dat weten we uit gesprekken met deelnemers en uit onderzoek. Ook weten we uit onderzoek dat zzp’ers in hun hoofd meer met pensioen bezig zijn dan andere deelnemers. Soms zeggen ze dat ze het liefst een eenmalige storting willen doen als het financieel goed uitkomt, bijvoorbeeld in goede tijden of als ze aan het einde van een jaar geld over hebben. In slechte tijden zouden ze hun pensioenopbouw het liefst terugschroeven. Overigens kun je bij ons een minimum- en een maximumpensioen opbouwen, dus een minimumpremie of een maximumpremie betalen. Als je niet kiest krijg je de default, dat is het minimumpensioen met de minimumpremie. Die keuze kun je twee keer per jaar maken. De meesten kiezen niet en laten het zo. De vraag is of dat verstandig is, want een minimum pensioenkeuzeloon betekent ook een minimale pensioenopbouw.’

‘Zzp’ers willen meer keuzevrijheid.’

Heeft het feit dat er zzp’ers en werknemers bij het fonds zitten gevolgen voor de administratie en de uitvoering? ‘Zeker, want daardoor moeten we rekening houden met verschillende wettelijke voorschriften. Zelfstandigen mogen niet meer opbouwen dan hun winst uit onderneming van drie jaar geleden. We zijn verplicht om te toetsen of ze niet fiscaal bovenmatig opbouwen. We hebben aan de Belastingdienst gevraagd of het mogelijk is om gegevens uit te wisselen. Dat maakt het voor de zzp’ers een stuk gemakkelijker, maar de Belastingdienst staat daar helaas niet voor open. Verder zorgt de keuzemogelijkheid voor een minimum- of maximumpensioen twee keer per jaar voor extra communicatie. Meer groepen deelnemers leidt sowieso tot extra communicatie, want met alle groepen – werknemers, werkgevers, zzp’ers en gepensioneerden – willen we specifiek communiceren. Daarnaast besteden we extra aandacht aan nieuwe zzp’ers. Zodra we hun gegevens ontvangen van de Kamer van Koophandel, benaderen we hen. Onze medewerkers nemen contact met hen op en geven uitleg over de pensioenregeling. Dat traject noemen we “Warm welkom”. We willen dat zzp’ers bekend zijn met de pensioenregeling en de voorwaarden voordat ze onze eerste factuur ontvangen.’ Past het nieuwe pensioenstelsel met de individuele pensioenpotjes beter bij uw fonds dan het huidige stelsel? ‘Misschien wordt het straks iets gemakkelijker, omdat mensen meer inzicht krijgen in wat ze aan premie hebben betaald, wat ze hebben opgebouwd en wat ze later aan pensioen gaan ontvangen. Maar nu proberen we dat in het jaarlijkse pensioenoverzicht ook al zo goed mogelijk te laten zien. Voor zover ik kan inschatten maakt het weinig verschil. Wel komt er meer inzicht in rendement en wordt het transparanter.’